Naar huis

‘Ergotherapie is één van de meest confronterende, maar ook de meest waardevolle therapie voor mij’, zei een patiënte tegen mij. Het geeft inzicht in je (blijvende) beperkingen, het laat je de lat steeds een beetje hoger leggen en je leert dingen anders doen om het toch voor elkaar te krijgen.

Hoe krijg je het dan voor elkaar?

Bij het laatste punt komt direct het waardevolle naar boven. Want je kunt zoveel willen, maar hoe krijg je het dan voor elkaar? Als je een half jaar in het ziekenhuis hebt gelegen, je nauwelijks conditie hebt, je kracht in werkelijk je gehele lichaam is afgenomen, kun je dan verwachten dat je hetgeen doet wat je eerder ook deed? Als je net een uur per dag uit bed kan komen, je volledig wordt verzorgd, hoe ga je dan aan de slag om zelfredzaamheid terug te winnen?

Dit is een greep uit de vragen die wij samen hadden. Vertrouwen krijgen was de eerste stap: vertrouwen in mij als therapeut (ik mag dan klein zijn, maar ik laat je echt niet vallen bij een transfer). Maar vooral vertrouwen in jezelf zien te herwinnen.

Groeiend vertrouwen

Na vier maanden bouwen, vallen, opstaan en weer doorgaan is het einde van de klinische revalidatie aangebroken. Naast de vele tranen heb ik ook heel vaak een lach cadeau gekregen: ze kon weer iets meer doen en zag haar zelfredzaamheid met de behandeling toenemen. Elk weekend gaf ik haar een opdracht mee voor thuis. Te beginnen bij genieten van het thuis zijn, tot een kop thee maken voor haar man, tot het bereiden van een pan snert voor het gezin, tot het doen van de boodschappen. Elke maandag zag ik haar weer en zei ze: ‘nou Karen, jij mag blijven hoor! Het is mij weer gelukt en ik kan niet wachten tot ik mijn volgende opdracht mag gaan uitvoeren.’  Het vertrouwen in haar eigen kunnen groeit!

Wat is het toch mooi om iemand te mogen begeleiden en behandelen met als resultaat een terugkerende zelfredzaamheid. Nu kan zij thuis met haar gezin proberen het dagelijks leven op te pakken en het opnieuw vorm te gaan geven.

Karen Langereis, ergotherapeut